Een vrouw op een fiets versnelt vanuit rust met een constante snelheid gedurende 10 seconden, totdat de fiets 20 m / s beweegt. Ze handhaaft deze snelheid gedurende 30 seconden en remt vervolgens af om met een constante snelheid te vertragen. De fiets komt 5 seconden later tot stilstand. Hulp?

Een vrouw op een fiets versnelt vanuit rust met een constante snelheid gedurende 10 seconden, totdat de fiets 20 m / s beweegt. Ze handhaaft deze snelheid gedurende 30 seconden en remt vervolgens af om met een constante snelheid te vertragen. De fiets komt 5 seconden later tot stilstand. Hulp?
Anonim

Antwoord:

# "Deel a) versnelling" a = -4 m / s ^ 2 #

# "Deel b) totale afgelegde afstand is" 750 m #

Uitleg:

#v = v_0 + a t #

# "Deel a) In de laatste 5 seconden hebben we:" #

# 0 = 20 + 5 a #

# => a = -4 m / s ^ 2 #

# "Deel b)" #

# "In de eerste 10 seconden hebben we:" #

# 20 = 0 + 10 a #

# => a = 2 m / s ^ 2 #

#x = v_0 t + a t ^ 2/2 #

# => x = 0 t + 2 * 10 ^ 2/2 = 100 m #

# "In de volgende 30 seconden hebben we een constante snelheid:" #

#x = v t => x = 20 * 30 = 600 m #

# "In de laatste 5 seconden hebben we:" #

#x = 20 * 5 - 4 * 5 ^ 2/2 = 50 m #

# => "Totale afstand" x = 100 + 600 + 50 = 750 m #

# "Opmerking:" #

# "20 m / s = 72 km / h, dat is erg snel" #

# "en dit in 10 seconden. Dat is niet mogelijk in de realiteit, de" #

# "vrouw is een Porsche, LOL!" #