Antwoord:
Het koppelen van werkwoorden koppelt het onderwerp en de staat van zijn van het onderwerp; helpende werkwoorden helpen het hoofdwerkwoord in de zin; actiewerkwoorden drukken fysieke en / of mentale actie uit.
Uitleg:
bronnen:
www.softschools.com/examples/grammar/linking_verbs_examples/63/
www.softschools.com/examples/grammar/action_verbs_examples/55/
grammar.yourdictionary.com/parts-of-speech/verbs/Helping-Verbs.html
Wat zijn 3 werkwoorden die alleen als transitieve werkwoorden kunnen worden gebruikt en 3 die alleen als intransitieve werkwoorden kunnen worden gebruikt?
Schoppen, willen en gooien zijn voorbeelden van transitieve werkwoorden. Arriveren, gaan en lopen zijn voorbeelden van intransitieve werkwoorden. Een transitief werkwoord is een werkwoord dat een actie of activiteit beschrijft en dat een direct doel heeft. De eenvoudigste manier om erachter te komen of een werkwoord een direct doel heeft, is om de vraag te stellen wie of wat na het werkwoord. Bijvoorbeeld: Robert gooide de bal. (Robert gooide wat? Robert gooide de bal. 'De bal' is een direct voorwerp van het gebruikte werkwoord, vandaar dat het werkwoord transitief is.) Priya trapt haar broer wanneer hij haar plaag
Hoe zijn de drie biomen van bossen (regenwouden, loofbossen en boreale bossen) hetzelfde? Hoe zijn zij verschillend?
Zie hieronder :) Alike: de bos-biomen hebben de neiging om meer variëteit aan planten en andere organismen te hebben in vergelijking met de andere biomen. Anders: die soorten kunnen verschillen afhankelijk van de temperatuur of het weer van de biome.
Oliver heeft 30 knikkers, 12 zijn rood, 10 zijn groen en 8 zijn zwart. hij vraagt drie van zijn vrienden om een knikker uit te halen en te vervangen. wat is de kans dat zijn vrienden elk een verschillend gekleurd marmer nemen?
Te controleren. Laat de waarschijnlijkheid van een kleur worden aangeduid als P ("kleur") Laat rood R zijn -> P (R) = 12/30 Laat groen G zijn -> P (G) = 10/30 Laat zwart B zijn -> P (B) = 8/30 Deze kansen veranderen niet naarmate u verdergaat in de selectie, aangezien wat is geselecteerd naar de steekproef wordt teruggestuurd. cancel ("Elke persoon selecteert 3 en retourneert na elke selectie.") Elke persoon selecteert 1 en geeft deze klaar voor de volgende persoon om zijn selectie te maken. color (brown) ("All possible success type selection:") Merk op dat dit diagram alleen voor het