Wat is een voorbeeld van een probleem met concave spiegeloefeningen?

Wat is een voorbeeld van een probleem met concave spiegeloefeningen?
Anonim

Antwoord:

Zie oefenprobleem hieronder:

Uitleg:

Een object met een hoogte van 1,0 cm wordt op de hoofdas van een concave spiegel geplaatst met een brandpuntsafstand van 15,0 cm. De basis van het object is 25.0 cm van de top van de spiegel. Maak een straaldiagram met twee of drie stralen die de afbeelding lokaliseren. De spiegelvergelijking gebruiken (# 1 / f = 1 / d_0 + 1 / D_I #) en de vergrotingsvergelijking (# M = -d_i / d_o #), en de juiste tekenconventie, bereken de beeldafstand en de vergroting. Is het beeld echt of virtueel? Is het beeld omgekeerd of rechtopstaand? Is de afbeelding groter of korter dan het object?