De
De aanwijzing
Alle elektronen in een atoom moeten unieke sets van kwantumnummers hebben. Daarom, als een orbitaal twee elektronen bevat, dan moet een ervan een spin magnetisch kwantumnummer hebben
Het kost Miranda 0,5 uur om 's ochtends naar het werk te rijden, maar het kost haar 0,75 uur om' s avonds van het werk naar huis te rijden. Welke vergelijking geeft deze informatie het beste weer als ze tegen een snelheid van 8 kilometer per uur naar het werk rijdt en met een snelheid van 0 naar huis rijdt?
Geen vergelijkingen om uit te kiezen, dus ik heb er een gemaakt! Als je 0,5 uur lang op 0.5 m afstand in de auto rijdt, rijd je 0,5 uur mee. Rijden met v mph gedurende 0,75 uur zou je 0,75 mijl in de verte brengen. Ervan uitgaande dat ze dezelfde weg van en naar het werk gaat, dus reist ze hetzelfde aantal mijlen dan 0,5r = 0,75v
Kinderen werden gevraagd of ze naar Euro gereisd hebben. 68 kinderen gaven aan dat ze naar de euro zijn gereisd en 124 kinderen hebben gezegd dat ze niet naar Europa zijn gereisd. Als een kind willekeurig wordt geselecteerd, hoe groot is de kans dat een kind naar de euro gaat?
31/48 = 64.583333% = 0.6453333 De eerste stap bij het oplossen van dit probleem is het berekenen van het totale aantal kinderen, zodat u erachter kunt komen hoeveel kinderen er in Europa zijn geweest over hoeveel kinderen u in totaal heeft. Het ziet er ongeveer uit als 124 / t, waarbij t het totale aantal kinderen weergeeft. Om erachter te komen wat dat is, vinden we 68 + 124 omdat dat ons de som geeft van alle kinderen die werden bevraagd. 68 + 124 = 192 Dus 192 = t Onze uitdrukking wordt dan 124/192. Nu te vereenvoudigen: (124-: 4) / (192-: 4) = 31/48 Omdat 32 een priemgetal is, kunnen we niet langer vereenvoudigen. U ku
Welke werkwoordsvorm verwijst naar een actie die voor een bepaalde tijd in de toekomst is voltooid? Welke werkwoordsvorm verwijst naar een actie die voltooid was vóór een bepaalde tijd in het verleden?
Zie uitleg. Antwoord op het eerste deel van je vraag is Future Perfect-tijd (zal gedaan hebben) Voorbeeld: We zijn laat. Ik vermoed dat de film al is begonnen tegen de tijd dat we in de bioscoop aankomen. De tweede situatie vereist het gebruik van Past Perfect Time (had gedaan) Voorbeeld: Toen ik aankwam op het feest was Tom er niet. Hij was al naar huis gegaan.