Het totale aantal verkochte volwassen tickets en studentenkaartjes was 100. De kosten voor volwassenen waren $ 5 per ticket en de kosten voor studenten waren $ 3 per ticket voor een totaal van $ 380. Hoeveel van elke kaartjes zijn er verkocht?

Het totale aantal verkochte volwassen tickets en studentenkaartjes was 100. De kosten voor volwassenen waren $ 5 per ticket en de kosten voor studenten waren $ 3 per ticket voor een totaal van $ 380. Hoeveel van elke kaartjes zijn er verkocht?
Anonim

Antwoord:

#40# volwassen kaartjes en #60 # studentenkaartjes waren verkocht.

Uitleg:

Aantal verkochte volwassen tickets# = X #

Aantal verkochte studentenkaartjes# = Y #

Het totale aantal verkochte tickets voor volwassenen en studentenkaarten was 100.

# => x + y = 100 #

De kosten voor volwassenen waren $ 5 per ticket en de kosten voor studenten waren $ 3 per ticket

Totale kosten van #X# kaartjes # = 5x #

Totale kosten van # Y # kaartjes # = 3j #

Totale prijs # = 5x + 3y = 380 #

Beide vergelijkingen oplossen, # 3x + 3y = 300 #

# 5x + 3y = 380 # Beide aftrekken

# => -2x = -80 #

# => X = 40 #

daarom # Y = 100-40 = 60 #