Wat zijn de voornaamwoorden van de eerste, tweede en derde persoon?

Wat zijn de voornaamwoorden van de eerste, tweede en derde persoon?
Anonim

Antwoord:

Eerste; Ik, ik, de mijne, ikzelf. enz.

Ten tweede: Jij, jouw, de jouwe, jezelf, etc.

Ten derde: de zijne, hij, de hare, zijzelf, zij, zij, enz.

Uitleg:

De Eerste persoon heeft het over jezelf, zoals in: "Ik herinner me toen ik een kind was."

De tweede persoon spreekt rechtstreeks met iemand anders. "Je zou dit product moeten kopen."

De derde persoon heeft het over iemand anders. "Ze rende heel hard weg."