Met behulp van de stelling van Pythagoras, hoe vind je de lengte van een poot van een rechthoekige driehoek als het andere been 8 voet lang is en de hypotenusa 10 voet lang is?
Het andere been is 6 voet lang. De stelling van Pythagoras vertelt dat in een rechthoekige driehoek de som van de vierkanten van twee loodrechte lijnen gelijk is aan het kwadraat van hypotenusa. In het gegeven probleem is een poot van een rechthoekige driehoek 8 voet lang en de hypotenusa is 10 voet lang. Laat het andere been x zijn, dan onder de stelling x ^ 2 + 8 ^ 2 = 10 ^ 2 of x ^ 2 + 64 = 100 of x ^ 2 = 100-64 = 36 ie x = + - 6, maar als - 6 is niet toegestaan, x = 6 dwz het andere been is 6 voet lang.
Met behulp van de stelling van Pythagoras, hoe vind je de lengte van een poot van een rechthoekige driehoek als het andere been 7 voet lang is en de hypotenusa 10 voet lang is?
Zie het hele oplossingsproces hieronder: De stellingen van Pythagoras: a ^ 2 + b ^ 2 = c ^ 2 Waar a en b benen zijn van een rechthoekige driehoek en c de hypotenusa is. Vervangen van de waarden voor het probleem voor een van de benen en de hypotenusa en het oplossen voor het andere been geeft: a ^ 2 + 7 ^ 2 = 10 ^ 2 a ^ 2 + 49 = 100 a ^ 2 + 49 - kleur (rood ) (49) = 100 - kleur (rood) (49) a ^ 2 = 51 sqrt (a ^ 2) = sqrt (51) a = sqrt (51) = 7.14 afgerond naar de dichtstbijzijnde honderdste.
Met behulp van de stelling van Pythagoras, hoe vind je de lengte van de zijde van een gegeven zijde c = 40 en b = 20?
20sqrt3 aangenomen dat c de hypotenusa is hebben we een ^ 2 + b ^ 2 = c ^ 2: .a ^ 2 + 20 ^ 2 = 40 ^ 2 => a ^ 2 = 40 ^ 2-20 ^ 2 a ^ 2 = ( 40 + 20) (4-20) = 60xx20 = 1200 a = sqrt (1200) = 20sqrt3