Antwoord:
Ik probeerde dit hoewel het vreemd lijkt …
Uitleg:
Laten we de nummers bellen:
zodat:
laten we deze in de eerste vergelijking vervangen:
herschikken:
zo:
zodat:
zodat
Het gemiddelde van vijf getallen is -5. De som van de positieve getallen in de set is 37 groter dan de som van de negatieve getallen in de set. Wat kunnen de cijfers zijn?
Een mogelijke reeks getallen is -20, -10, -1,2,4. Zie hieronder voor beperkingen bij het maken van verdere lijsten: als we naar gemiddelde kijken, nemen we de som van de waarden en delen we deze door de telling: "gemiddelde" = "som van waarden" / "aantal waarden" Er is ons verteld dat het gemiddelde van 5 cijfers is -5: -5 = "som van waarden" / 5 => "som" = - 25 Van de waarden wordt ons verteld dat de som van de positieve getallen 37 groter is dan de som van de negatieve getallen: "positieve getallen" = "negatieve getallen" +37 en onthoud dat: "p
De som van de cijfers van een driecijferig nummer is 15. Het cijfer van het apparaat is minder dan de som van de andere cijfers. De tientallen cijfers zijn het gemiddelde van de andere cijfers. Hoe vind je het nummer?
A = 3 ";" b = 5 ";" c = 7 Gegeven: a + b + c = 15 ................... (1) c <b + a ............................... (2) b = (a + c) / 2 ...... ........................ (3) '~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~ ~~~~~~~~~~~ Overwegen vergelijking (3) -> 2b = (a + c) Schrijf vergelijking (1) als (a + c) + b = 15 Door te substitueren wordt dit 2b + b = 15 kleuren (blauw) (=> b = 5) '~~~~~~~~~~~~~~ Nu hebben we: a + 5 + c = 15. .................. (1_a) c <5 + a ........................ ...... (2_a) 5 = (a + c) / 2 .............................. (3_a ) '~~~~~~~~~~~~~~~~
Wanneer u de cijfers in een bepaald getal van twee cijfers omkeert, verlaagt u de waarde met 18. Wat is het getal is de som van de cijfers is 4?
Het is 13 Laat x en (4-x) staan voor de eenheid en tientallen van dit bepaalde tweecijferige getal 10 * (4-x) + x = 10 * x + (4-x) -18 => 40-10x + x = 10x + 4-x-18 => 40 + 18-4 = 10x + 10x-2x => 54 = 18x => x = 3 Vandaar dat het cijfer van de eenheid 3 is, de tientallen eenheid is 1. Dus het getal is 13. Controle: 31-13 = 18