Argon is een edelgas. Het zit in de kolom 18 groep VIIA van het periodiek systeem.
Deze kolom maakt deel uit van het 'p'-orbitaalblok en is de zesde kolom van het' p'-blok. argon zit in de derde periode (rij) of derde energieniveau van het periodiek systeem.
Dit betekent dat argon moet eindigen met een
Alle andere niveaus van de elektronenconfiguratie moeten onder dit niveau worden gevuld.
De voltooide elektronenconfiguratie is als volgt.
Ik hoop dat dit nuttig was.
SMARTERTEACHER
Wat betekent R-configuratie? + Voorbeeld
Het is een stereochemisch label om de relatieve ruimtelijke oriëntatie van elk atoom in een molecuul aan te geven met een niet-superponeerbaar spiegelbeeld. R geeft aan dat een met de klok mee cirkelvormige pijl die van een hogere prioriteit naar een lagere prioriteit gaat over de substituent met de laagste prioriteit gaat en dat de substituent met de laagste prioriteit zich aan de achterkant bevindt. De R- en S-stereoisomeren zijn niet-overlappende spiegelbeelden, wat betekent dat als je ze reflecteert op een spiegelvlak, ze niet exact hetzelfde molecuul worden als je ze overlapt. Wanneer u een molecuul als R of S la
Wat betekent S-configuratie?
R en S worden gebruikt om de configuratie van een chiraliteitscentrum te beschrijven. Chiraliteitscentrum betekent dat er 4 verschillende groepen aan een koolstofatoom zijn verbonden. Om te bepalen of het chiraliteitscentrum R of S is, moet u eerst prioriteit geven aan alle vier groepen die verbonden zijn met het chiraliteitscentrum. Draai vervolgens het molecuul zodat de vierde prioriteitsgroep op een streepje staat (van u af wijzend). Bepaal tot slot of de reeks 1-2-3 (R) met de klok mee of (S) tegen de klok in is. Ik hoop dat dit helpt.
Welk fenomeen heeft bijgedragen aan de vorming van de configuratie van de aarde?
In de eerste plaats GRAVITY! "Configuratie" is een vrij brede term. Ervan uitgaande dat het terrein meer het rijk van de Aardwetenschappen is, gerelateerd aan de Sterrenkunde, is de relevante kracht de zwaartekracht. De aanwas van materiaal om een planetair lichaam te vormen, de specifieke afstand en baan rond de zon, en de gravitationele interactie met andere zonnelichamen (vooral de maan) hebben allemaal bijgedragen aan de vorming van de planeet die we "Aarde" noemen.