Antwoord:
Het tweede nummer zou 23 zijn, de eerste zou 13 zijn.
Uitleg:
Aan de hand van de gegeven aanwijzingen kunnen we vaststellen dat 2 vergelijkingen waar zijn:
Hiervoor gaan we ervan uit
#b = 2a - 3 # Het tweede nummer is 3 minder dan 2 keer de eerste
# A + b = 36 # De som van de getallen is 36.
We kunnen dan beide vergelijkingen manipuleren om in een variabele te vervangen, sinds
#a + (2a-3) = 36 #
# 3a - 3 = 36 #
# 3a = 39 #
#a = 13 #
Nu we het eerste nummer hebben, kunnen we die waarde inpluggen
#b = 2 (13) - 3 #
#b = 26 - 3 #
#b = 23 #
Dit levert ons onze twee nummers op, indien nodig kunnen we controleren door opnieuw naar de aanwijzingen te kijken en zien of ze passen, wat ze doen.
Ik hoop dat dit geholpen heeft!
Antwoord:
Zoek 2 nummers
Uitleg:
Bel x het eerste nummer en y het tweede nummer.
We hebben twee vergelijkingen:
x + y = 36 (1)
y = 2x - 3 (2)
Van (1) -> y = 36 - x. Vervang deze waarde door (2):
36 - x = 2x - 3
3x = 39
x = 13 -> y = 36 - 13 = 23.
Controle: y = 2 (13) - 3 = 23. OK
De som van de cijfers van een driecijferig nummer is 15. Het cijfer van het apparaat is minder dan de som van de andere cijfers. De tientallen cijfers zijn het gemiddelde van de andere cijfers. Hoe vind je het nummer?
A = 3 ";" b = 5 ";" c = 7 Gegeven: a + b + c = 15 ................... (1) c <b + a ............................... (2) b = (a + c) / 2 ...... ........................ (3) '~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~ ~~~~~~~~~~~ Overwegen vergelijking (3) -> 2b = (a + c) Schrijf vergelijking (1) als (a + c) + b = 15 Door te substitueren wordt dit 2b + b = 15 kleuren (blauw) (=> b = 5) '~~~~~~~~~~~~~~ Nu hebben we: a + 5 + c = 15. .................. (1_a) c <5 + a ........................ ...... (2_a) 5 = (a + c) / 2 .............................. (3_a ) '~~~~~~~~~~~~~~~~
De som van drie getallen is 4. Als de eerste is verdubbeld en de derde is verdrievoudigd, dan is de som twee minder dan de tweede. Vier meer dan de eerste toegevoegd aan de derde is twee meer dan de tweede. Vind de nummers?
1e = 2, 2e = 3, 3e = -1 Maak de drie vergelijkingen: Laat 1e = x, 2e = y en de 3e = z. EQ. 1: x + y + z = 4 EQ. 2: 2x + 3z + 2 = y "" => 2x - y + 3z = -2 EQ. 3: x + 4 + z -2 = y "" => x - y + z = -2 Elimineer de variabele y: EQ1. + EQ. 2: 3x + 4z = 2 EQ. 1 + EQ. 3: 2x + 2z = 2 Los op voor x door de variabele z te elimineren door EQ te vermenigvuldigen. 1 + EQ. 3 bij -2 en toevoegen aan EQ. 1 + EQ. 2: (-2) (EQ.1 + EQ.3): -4x - 4z = -4 "" 3x + 4z = 2 ul (-4x - 4z = -4) -x "" = -2 "" = > x = 2 Los op voor z door x in EQ te plaatsen. 2 & EQ. 3: EQ. 2 met x: "&
De som van drie getallen is 137. Het tweede getal is vier meer dan, twee keer het eerste getal. Het derde cijfer is vijf minder dan, drie keer het eerste getal. Hoe vind je de drie nummers?
De nummers zijn 23, 50 en 64. Begin met het schrijven van een uitdrukking voor elk van de drie nummers. Ze zijn allemaal gevormd vanaf het eerste nummer, dus laten we het eerste nummer x noemen. Laat het eerste getal zijn x Het tweede getal is 2x +4 Het derde getal is 3x -5 We krijgen te horen dat hun som 137 is. Dit betekent dat wanneer we ze allemaal bij elkaar optellen, het antwoord 137 zal zijn. Schrijf een vergelijking. (x) + (2x + 4) + (3x - 5) = 137 De haakjes zijn niet nodig, ze zijn opgenomen voor de duidelijkheid. 6x -1 = 137 6x = 138 x = 23 Zodra we het eerste getal kennen, kunnen we de andere twee berekenen aan