Item A kost 15% meer dan item B. Item B kost 0,5 meer dan item C. Alle 3 items (A, B en C) samen kosten 5,8 . Hoeveel kost item A?
A = 2,3 Gegeven: A = 115 / 100B "" => "" B = 100 / 115A B = C + 0.5 "" => "" C = B-1/2 A + B + C = 5.8 ~~~ ~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~ 10 "" -> "" A + B + (B-1/2) = 5 4/5 Substituut voor B A + B + (B-1/2) = 5 4 / 5-> A + 100 / 115A + 100 / 115A-1/2 = 5 4/5 A (1 + 200/115) = 5 4/5 + 1/2 315 / 115A = 6 3/10 A = 2 3/10 = 2,3
Het volgende model van een sportwagen kost 13,8% meer dan het huidige model. Het huidige model kost $ 53.000. Hoeveel kost de prijs in dollars? Wat is de prijs van het volgende model?
$ 60314> $ 53000 "vertegenwoordigt" 100% "oorspronkelijke kosten" 100 + 13,8 = 113,8% = 113,8 / 100 = 1,138 "vermenigvuldigend met 1,138 geeft de kosten na de stijging" "prijs" = 53000xx1.138 = $ 60314
Een veer met een constante van 4 (kg) / s ^ 2 ligt op de grond met een uiteinde bevestigd aan een muur. Een object met een massa van 2 kg en een snelheid van 3 m / s botst met en comprimeert de veer totdat deze niet meer beweegt. Hoeveel zal de lente comprimeren?
De veer zal 1,5 m comprimeren. Je kunt dit berekenen aan de hand van Hooke's wet: F = -kx F is de kracht uitgeoefend op de veer, k is de veerconstante en x is de afstand die de veer comprimeert. Je probeert x te vinden. Je moet k weten (je hebt dit al) en F. Je kunt F berekenen met behulp van F = ma, waarbij m de massa is en a de versnelling is. Je krijgt de massa, maar je moet de versnelling kennen. Om de versnelling (of vertraging, in dit geval) te vinden met de informatie die u hebt, gebruikt u deze handige herschikking van de bewegingswetten: v ^ 2 = u ^ 2 + 2as waar v de eindsnelheid is, u de beginsnelheid, a is d