Antwoord:
Het percentage van de verandering van het aantal studenten in de wiskundeclub
Uitleg:
Het vinden van procentuele verandering omvat het vinden van het verschil tussen beginwaarde en eindwaarde.
Beginwaarde
Uiteindelijke waarde
Dus de verandering in nummer
Nu wordt de procentuele verandering als volgt berekend:
Het percentage van de verandering van het aantal studenten in de wiskundeclub
Er zijn 30 studenten in het debatteam en 20 studenten in het wiskundeteam. Tien studenten zijn zowel in het wiskundeteam als in het debatteam. Wat is het totale aantal studenten in een van beide teams?
40 studenten Totaal is gelijk aan 50, dat zijn de twee teams bij elkaar opgeteld afgetrokken door 10, wat het aantal studenten in beide teams is.
Er zijn 950 studenten op de Hanover High School. De verhouding van het aantal eerstejaars studenten tot alle studenten is 3:10. De verhouding van het aantal tweedejaarsstudenten tot alle studenten is 1: 2. Wat is de verhouding van het aantal eerstejaars tot tweedejaarsstudenten?
3: 5 Je wilt eerst uitvinden hoeveel eerstejaars er zijn op de middelbare school. Omdat de verhouding van eerstejaars studenten tot alle studenten 3:10 is, vertegenwoordigen eerstejaarsstudenten 30% van alle 950 studenten, wat betekent dat er 950 (.3) = 285 eerstejaars zijn. De verhouding van het aantal tweedejaarsstudenten tot alle studenten is 1: 2, wat betekent dat de tweedejaars studenten de helft van alle studenten vertegenwoordigen. Dus 950 (.5) = 475 tweedejaarsstudenten. Omdat je op zoek bent naar de verhouding van het aantal tot eerstejaarsstudenten tot tweedejaars studenten, moet je uiteindelijke verhouding 285:
Er waren in totaal 107 studenten en begeleiders op een excursie naar het museum. Als het aantal chaperones dertien keer minder was dan het aantal studenten, wat is dan het aantal studenten?
Er zijn 92 begeleiders en 15 studenten. Dus ik zal een vergelijking opzetten om dit te helpen oplossen, met s voor studenten en c voor chaperonnes. c = 7s-13 s + c = 107 s + (7s-13) = 107 De onderste vergelijking zegt in wezen dat studenten plus begeleiders (wat gelijk staat aan 13 minder dan 7 keer het aantal studenten) gelijk is aan 107 personen. Je kunt de haakjes uit deze vergelijking verwijderen: s + 7s-13 = 107 En combineer dezelfde termen: 8s = 120 En deel beide zijden door 8: (8s) / 8 = 120/8 Om te krijgen: s = 15 Omdat c = 7s -13, je kunt 15 in voor s pluggen om te krijgen: c = 7 (15) -13 c = 105-13 c = 92 En om d