Antwoord:
carbonaten
Uitleg:
calciet heeft de chemische formule
Er zijn er nog twee polymorfen van calciet zijn aragoniet en vateriet, ze hebben allemaal dezelfde chemische samenstelling maar worden stabiel bij verschillende temperaturen en drukken.
Drie-achtsten van de studenten in een groep kunnen niet zwemmen. Er zijn acht meer zwemmers dan niet-zwemmers. Hoeveel studenten zitten er in de groep?
Er zijn 32 studenten. Laat het nummer in de groep zijn x Het aantal zwemmers = 5 / 8x Het aantal niet-zwemmers = 3 / 8x 5 / 8x-3 / 8x = 8 2 / 8x = 8 2x = 64 x = 32 Controle: 5 / 8 "of" 32 = 20 3/8 "of" 32 = 12 20-12 = 8 niet-zwemmers
Justin heeft 20 potloden, 25 gummetjes en 40 paperclips. Hij ordent de items in elk in groepen met hetzelfde aantal groepen. Alle items in een groep zijn van hetzelfde type. Hoeveel items kan hij in elke groep plaatsen?
Justin kan 4 potloden, 5 gummen en 8 paperclips in 5 verschillende tassen plaatsen. Justin wil potloden, vlakgom en paperclips in gelijke hoeveelheden verdelen. Vermoedelijk, als hij deze aan mensen geeft, hebben de ontvangers hetzelfde aantal potloden, sommige vlakgommen en sommige paperclips. Het eerste wat je moet doen, is een getal vinden dat gelijk verdeeld is in alle drie. Dat wil zeggen, een getal dat gelijk verdeeld is in 20, 25 en 40. Het lijkt duidelijk dat nummer 5 het werk zal doen. Dit komt omdat Potloden: 20-: 5 = 4 Gommen: 25-: 5 = 5 Paperclips: 40-: 5 = 8 Het antwoord vloeit vrijelijk voort uit deze realisa
Ming heeft 15 kwartalen, 30 dubbeltjes en 48 geld dus stuivertjes. Hij wil zijn groep groeperen zodat elke groep hetzelfde aantal van elke munt heeft. Wat is het grootste aantal groepen dat hij kan maken?
3 groepen van 31 munten 5 kwartalen, 10 dubbeltjes en 16 stuivers in elke groep. De grootste gemene deler (GCF) voor de waarden, 15, 30 en 48 is het getal 3. Dat betekent dat de munten gelijk verdeeld kunnen worden in drie groepen. 15/3 = 5 kwartalen 30/3 = 10 dubbeltjes 48/3 = 16 stuivers 5 + 10 + 16 = 31 munten