De variabelen x = -0,3 en y = 2,2 variëren direct. Hoe schrijf je een vergelijking die de variabelen relateert en vind x wanneer y = -5?
Y = -22 / 3x, x = 15/22 "de begininstructie is" ypropx "om een constante" "van variatie" rArry = kx "te converteren naar een vergelijking om k te vinden gebruik de gegeven voorwaarde" x = - 0.3 "en" y = 2.2 y = kxrArrk = y / x = (2.2xx10) / (- 0.3xx10) = - 22/3 "vergelijking is" kleur (rood) (balk (ul (| kleur (wit) (2 / 2) kleur (zwart) (y = - (22x) / 3) kleur (wit) (2/2) |))) "wanneer" y = -5 x = - (3y) / 22 = - (3xx- 5) / 22 = 15/22
De variabelen x = 0.8 en y = 1.6 variëren direct. Hoe schrijf je een vergelijking die de variabelen relateert en vind y wanneer x = 8?
Y = 2x> "de begininstructie is" ypropx "om een constante vermenigvuldiging te converteren met k de constante" "van variatie" rArry = kx "om k te vinden gebruik de gegeven voorwaarde" x = 0.8 "en" y = 1.6 y = kxrArrk = y / x = 1.6 / 0.8 = 2 "vergelijking is" kleur (rood) (balk (ul (| kleur (wit) (2/2) kleur (zwart) (y = 2x) kleur (wit) (2 / 2) |))) "wanneer" x = 8 y = 2xx8 = 16
De variabelen x = 100 en y = 2 variëren direct. Hoe schrijf je een vergelijking die de variabelen relateert en vind x wanneer y = -5?
Directe variatie vergelijking is x = 50 y en x = -250 x prop y of x = k * y of k = x / y of k = 100/2 = 50:. x = 50 * y Zo is de directe variatie vergelijking x = 50 y; y = -5:. x = 50 * (- 5) = -250 [Ans]