Antwoord:
Uitleg:
Factoren van 24:
Factoren van 36:
Factoren van 48:
Belangrijkste factoren van 24 =
Belangrijkste factoren van 36 =
Belangrijkste factoren van 48 =
De basis van een driehoek van een bepaald gebied varieert omgekeerd als de hoogte. Een driehoek heeft een basis van 18 cm en een hoogte van 10 cm. Hoe vind je de hoogte van een driehoek van hetzelfde oppervlak en met een basis van 15 cm?
Hoogte = 12 cm Het oppervlak van een driehoek kan worden bepaald met het vergelijkingsgebied = 1/2 * basis * hoogte Zoek het gebied van de eerste driehoek door de metingen van de driehoek in de vergelijking te plaatsen. Areatriangle = 1/2 * 18 * 10 = 90cm ^ 2 Laat de hoogte van de tweede driehoek = x. Dus de gebiedsvergelijking voor de tweede driehoek = 1/2 * 15 * x Aangezien de gebieden gelijk zijn, 90 = 1/2 * 15 * x Tijden beide zijden met 2. 180 = 15x x = 12
Een spoel van 30 wikkelingen met een diameter van 8 cm bevindt zich in een magnetisch veld van 0,1 T dat evenwijdig is aan zijn as. a) Wat is de magnetische flux door de spoel? b) In hoeveel tijd zou het veld naar nul moeten zakken om een gemiddelde emf van 0,7 V in de spoel te veroorzaken? Dank je.
Gegeven diameter van spoel = 8 cm dus straal 8/2 cm = 4/100 m Dus magnetische flux phi = BA = 0.1 * pi * (4/100) ^ 2 = 5.03 * 10 ^ -4 Wb Nu veroorzaakte emf e = -N (delta phi) / (delta t) waarbij N het aantal windingen van een spoel is. Nu, delta phi = 0-phi = -phi en, N = 30 So, t = (N phi) / e = (30 * 5,03 * 10 ^ -4) /0.7=0.02156s
In een dubbelstersysteem draait een kleine witte dwerg om een metgezel met een periode van 52 jaar op een afstand van 20 A.U. Wat is de massa van de witte dwerg ervan uitgaande dat de metgezel een massa van 1.5 zonsmassa's heeft? Hartelijk dank als iemand kan helpen !?
Gebruik makend van de derde wet van Kepler (vereenvoudigd voor dit specifieke geval), die een relatie vaststelt tussen de afstand tussen de sterren en hun omlooptijd, zullen we het antwoord bepalen. De derde wet van Kepler bepaalt dat: T ^ 2 propto a ^ 3 waar T de omlooptijd voorstelt en a de halve as van de baan om de sterren is. Ervan uitgaande dat sterren op hetzelfde vlak ronddraaien (dat wil zeggen, de helling van de rotatie-as ten opzichte van het vlak van de baan is 90º), kunnen we bevestigen dat de evenredigheidsfactor tussen T ^ 2 en a ^ 3 wordt gegeven door: frac {G ( M_1 + M_2)} {4 pi ^ 2} = frac {a ^ 3} {T