Antwoord:
EEN
Uitleg:
Daryl is het onderwerp van de zin.
Het onderwerp van het voorzetsel "eronder" is "kussens"; "bank" is een aanpassing voor "kussens".
Het onderwerp van het voorzetsel "binnenkant" is "zakken"; "broek" is een modifier voor "pockets".
Antwoord:
A. middag
Uitleg:
In een voorzetselzin is er een voorzetsel en het object van het voorzetsel. Alle modifiers van het object maken ook deel uit van de zin.
De voorzetselfrasen zijn:
tijdens de lange namiddag (tijdens het voorzetsel is de middag het object)
onder het bed (onder is het voorzetsel, bed is het object)
onder de bankkussens (onder is het voorzetsel, kussens is het voorwerp)
in zijn broekzakken (binnen is het voorzetsel, zakken is het voorwerp)
De enige juiste antwoordkeuze is A. middag.
Wat is het voorzetsel en het object van voorzetsel in deze zinnen?
Van een vogelbekdier, voor wormen en insecten. beiden noemden ook voorzetselfrasen. Een groep woorden noemde een zin. Ik hoop dat het werkt.
In de volgende zin is 'wie' het onderwerp, het predikaat nominatief, direct object, indirect object, object van voorzetsel, bezittelijk of appositief? Gebruik dit ticket voor het kind waarvan jij denkt dat het het meest verdient.
Het relatieve voornaamwoord "who" is het onderwerp van de relatieve clausule "wie u denkt dat het het meest verdient". Een relatieve clausule is een groep woorden met een onderwerp en een werkwoord, maar is geen volledige zin op zichzelf, die informatie "relateert" over het antecedent ervan. De relatieve clausule 'wie jij denkt dat het meest verdient' heeft betrekking op informatie over het antecedente 'kind'. Het onderwerp van de clausule = wie Het werkwoord = verdient
Wat is het onderwerp, het directe object, het indirecte object en het object van het voorzetsel in deze zin?
Onderwerp: Dat Leo Tolstoj vandaag wordt vereerd Er is geen direct object of indirect object Object van het voorzetsel: genie Het onderwerp van de zin wordt een naamwoord-clausule genoemd. Het is een clausule omdat het zijn eigen onderwerp en werkwoord heeft. Het is ook een afhankelijke clausule die niet op zichzelf kan staan vanwege het woord dat (een relatief voornaamwoord) aan het begin van de clausule. Een zelfstandig naamwoord-clausule functioneert als een normaal zelfstandig naamwoord in een zin. Hier zijn voorbeelden van verschillende functies van een zelfstandig naamwoord in een zin: Naam als onderwerp van de zin: