Antwoord:
Waarde van groter aantal is 60, kleiner getal is 40.
Uitleg:
Laat het grotere getal x zijn.
x + (x - 20) = 100, omdat het verschil 20 is.
Oplossen voor x krijgen we 60, dat is het grotere aantal.
Je kunt ook een staafmodel tekenen om te illustreren, maar ik voel algebras sneller.
Antwoord:
Uitleg:
# "maak 2 vergelijkingen op basis van de gegeven informatie" #
# "laat x en y de 2 cijfers zijn" #
# "met" x> y #
# rArrx + y = 100to (1) larrcolor (blauw) "som van getallen" #
# rArrx-y = 20to (2) larrcolor (blauw) "verschil van getallen" #
# "voeg toe (1)" en (2) "term voor termijn" #
# (X + x) + (y-y) = (100 + 20) #
# rArr2x = 120larrcolor (blauw) "verdeel beide zijden door 2" #
# rArrx = 60larrcolor (rood) "het grotere aantal" #
Het verschil van twee getallen is 18. Als de twee getallen met 4 toenemen, is één getal 4 keer groter dan het andere. Wat zijn die nummers?
-26 en -8 Eerste vergelijking: xy = 18 Tweede vergelijking: 4 (x + 4) = y + 4 y = 4x + 6 Vervang de tweede vergelijking in de eerste: x- (4x + 6) = 18 x = - 8 Oplossen voor y: y = 4 (-8) +6 y = -26
Het verschil van twee getallen is 3 en hun product is 9. Als de som van hun vierkant 8 is, wat is het verschil tussen hun kubussen?
51 Gegeven: xy = 3 xy = 9 x ^ 2 + y ^ 2 = 8 Dus, x ^ 3-y ^ 3 = (xy) (x ^ 2 + xy + y ^ 2) = (xy) (x ^ 2 + y ^ 2 + xy) Sluit de gewenste waarden in. = 3 * (8 + 9) = 3 * 17 = 51
De som van twee opeenvolgende getallen is 77. Het verschil van de helft van het kleinere getal en een derde van het grotere getal is 6. Als x het kleinere getal is en y het grotere getal, welke twee vergelijkingen de som en het verschil van de nummers?
X + y = 77 1 / 2x-1 / 3y = 6 Als u de cijfers wilt weten die u kunt blijven lezen: x = 38 y = 39