De lengte van een rechthoek is 3 keer de breedte. Als de lengte met 2 inch zou worden verhoogd en de breedte met 1 inch, zou de nieuwe perimeter 62 inch zijn. Wat is de breedte en lengte van de rechthoek?
Lengte is 21 en breedte is 7 Ill gebruik l voor lengte en w voor breedte Eerst wordt gegeven dat l = 3w Nieuwe lengte en breedte is l + 2 en respectievelijk w + 1 Ook nieuwe perimeter is 62 Dus, l + 2 + l + 2 + w + 1 + w + 1 = 62 of, 2l + 2w = 56 l + w = 28 Nu hebben we twee relaties tussen l en w Vervangende eerste waarde van l in de tweede vergelijking We krijgen, 3w + w = 28 4w = 28 w = 7 Deze waarde van w in een van de vergelijkingen zetten, l = 3 * 7 l = 21 Dus lengte is 21 en breedte is 7
De lengte van een rechthoek is 7 voet groter dan de breedte. De omtrek van de rechthoek is 26 ft. Hoe schrijft u een vergelijking om de omtrek weer te geven in termen van de breedte (w). Wat is de lengte?
Een vergelijking die de omtrek in termen van de breedte weergeeft, is: p = 4w + 14 en de lengte van de rechthoek is 10 ft. Laat de breedte van de rechthoek w zijn. Laat de lengte van de rechthoek l zijn. Als de lengte (l) 7 voet langer is dan de breedte, dan kan de lengte in termen van de breedte worden geschreven als: l = w + 7 De formule voor de omtrek van een rechthoek is: p = 2l + 2w waarbij p de perimeter, l is de lengte en w is de breedte. Vervanging van w + 7 voor l geeft een vergelijking voor de omtrek in termen van de breedte ervan: p = 2 (w + 7) + 2w p = 2w + 14 + 2w p = 4w + 14 Vervanging van 26 voor p stelt ons
De lengte van een rechthoek is de helft van de breedte. De omtrek van de rechthoek is 90 cm. Wat zijn de afmetingen van de rechthoek?
Laat l en w respectievelijk de lengte en breedte aangeven. Perimeter = l + w + l + w = 90 cm (Gegeven) impliceert 2l + 2w = 90 impliceert 2 (l + w) = 90 impliceert l + w = 90/2 = 45 impliceert l + w = 45 .... ........ (alpha) Gegeven dat: Lengte de helft van de breedte is, dat wil zeggen, l = w / 2 uitgedrukt in alfa impliceert w / 2 + w = 45 impliceert (3w) / 2 = 45 impliceert 3w = 90 impliceert w = 30 cm Aangezien l = w / 2 impliceert l = 30/2 = 15 impliceert l = 15 cm Vandaar dat de lengte en breedte van de rechthoek respectievelijk 15 cm en 30 cm zijn. Ik denk echter dat de langste zijde van een rechthoek wordt bes