Antwoord:
#X = (- 1 + -isqrt (11)) / 2 #
Uitleg:
Het vinden van de nullen van de functie is hetzelfde als het oplossen van de volgende vergelijking:
# 3/2 x ^ 2 + 3 / + 2 x 9/2 = 0 #
Omdat breuken best vervelend zijn om mee om te gaan, zal ik beide kanten vermenigvuldigen met #2 / 3# voordat we de kwadratische formule gebruiken:
# 2/3 (3/2 x ^ 2 + 3 / + 2 x 02/09) = 0 * 2/3 #
# X ^ 2 + x + 3 = 0 #
Nu kunnen we de kwadratische formule gebruiken, die zegt dat als we een kwadratische vergelijking in de vorm hebben:
# Ax ^ 2 + bx + c = 0 #
De oplossingen zijn:
#X = (- b + -sqrt (b 2-4ac ^)) / (2a) #
In dit geval krijgen we:
#X = (- 1 + -sqrt ((- 1) ^ 2-4 * 3)) / 2 #
#X = (- 1 + -sqrt (12/01)) / 2 #
#X = (- 1 + -sqrt (-11)) / 2 #
#X = (- 1 + -isqrt (11)) / 2 #