Antwoord:
# (1/2) log_a (x) + 4log_a (y) -3log_a (x) = log_a (x ^ (- 02/05) y ^ 4) #
Uitleg:
Om deze expressie te vereenvoudigen, moet u de volgende logaritme-eigenschappen gebruiken:
#log (a * b) = log (a) + log (b) # (1)
#log (a / b) = log (a) -log (b) # (2)
#log (a ^ b) = blog (a) # (3)
Met behulp van de eigenschap (3), hebt u:
# (1/2) log_a (x) + 4log_a (y) -3log_a (x) = log_a (x ^ (1/2)) + log_a (y ^ 4) -log_a (x ^ 3) #
Vervolgens hebt u met behulp van de eigenschappen (1) en (2):
#log_a (x ^ (1/2)) + log_a (y ^ 4) -log_a (x ^ 3) = log_a ((x ^ (1/2) y ^ 4) / x ^ 3) #
Dan moet je alleen alle krachten van zetten #X#
samen:
#log_a ((x ^ (1/2) y ^ 4) / x ^ 3) = log_a (x ^ (- 02/05) y ^ 4) #