Twee vectoren worden gegeven door a = 3,3 x - 6,4 y en b = -17,8 x + 5,1 y. Wat is de omvang van een?

Twee vectoren worden gegeven door a = 3,3 x - 6,4 y en b = -17,8 x + 5,1 y. Wat is de omvang van een?
Anonim

Antwoord:

De grootte (lengte) van een vector in twee dimensies wordt gegeven door:

# L = sqrt (a ^ 2 + b ^ 2) #. In dit geval voor de vector #een#, # l = sqrt (3.3 ^ 2 + (- 6.4) ^ 2) = sqrt (51.85) = 7.2 eenheden. #

Uitleg:

Om de lengte van een vector in twee dimensies te vinden, als de coëfficiënten dat zijn #een# en # B #, we gebruiken:

# L = sqrt (a ^ 2 + b ^ 2) #

Dit kunnen vectoren van het formulier zijn # (ax + by) of (ai + bj) of (a, b) #.

Interessante kanttekening: voor een vector in 3 dimensies, b.v. # (Ax + by + cz) #, het is

# L = sqrt (a ^ 2 + b + c ^ 2 ^ 2) # - nog steeds een vierkantswortel, geen wortel van een kubus.

In dit geval zijn de coëfficiënten # A = 3,3 # en # B = -6.4 # (let op het bord), dus:

# l = sqrt (3.3 ^ 2 + (- 6.4) ^ 2) = sqrt (51.85) = 7.2 # # Units #